Smart building: wat, hoe en waarom?

De gebouwde omgeving moet in 2050 volledig energieneutraal zijn, vindt de Europese Unie. In Nederland geven we het goede voorbeeld: onze overheid zet al vol in op energieneutrale kantoren. Een belangrijk onderdeel daarvan zijn ICT-oplossingen, die een gebouw niet alleen duurzamer, maar ook slimmer maken. Maar wat is zo’n smart building eigenlijk? En hoe maak je een gebouw “slim”?

Smart building

Wat is er precies zo smart aan een smart building?

In een smart building is de aanwezige technologie afgestemd op de mensen in het gebouw en de activiteiten die daar plaatsvinden. In zekere zin denkt het gebouw dus met je mee, het verzamelt gegevens en leert daarvan. De verwarming, ventilatie, airconditioning, verlichting, beveiliging en andere systemen verzamelen via sensoren en microchips informatie en passen zich op basis daarvan automatisch aan op wat er in het gebouw gebeurt. Zo kan het energiegebruik van het gebouw bijvoorbeeld worden geminimaliseerd, omdat het gebouw automatisch de lichten uitdoet wanneer er niemand in een ruimte is.

Hoe maak je een gebouw slim?

Dat hangt ervan af aan wie je het vraagt. Een bouwbedrijf zal zich eerder richten op gebouw gebonden automatisering, zoals klimaatregeling en verlichting. Terwijl leveranciers van functionele oplossingen in een pand, zoals locatiebepaling of de meting van benutting en bezetting, zich vooral richten op ICT. In een smart building worden die twee invalshoeken bij elkaar gebracht, zodat alle systemen in een gebouw soepel met elkaar samenwerken.

Een gebouw slim maken, begint dan ook bij het verbinden van de centrale systemen zoals verlichting, watermeters en verwarming met sensoren en controlesystemen. Toch is er niet één manier om een slim gebouw te maken. Al zijn er wel een aantal dingen die alle slimme gebouwen met elkaar gemeen hebben:

  • De systemen zijn met elkaar verbonden.
    De belangrijkste eigenschap van een slim gebouw is dat de systemen in het gebouw met elkaar verbonden zijn. Watermeters, pompen, elektriciteit, verlichting, etc. zijn allemaal aan elkaar gelinkt. Dit is wat het gebouw “slim” maakt: het vermogen van de systemen om met elkaar te praten.
  • Er wordt gebruikgemaakt van sensoren
    Sensoren zijn een integraal onderdeel van slimme gebouwen, omdat ze een belangrijke rol spelen bij het verzamelen van de data die de systemen gebruiken om beslissingen te maken. Zo kunnen bijvoorbeeld bezoekersaantallen in het gebouw worden geregistreerd, om erachter te komen waar op bepaalde tijden de meeste mensen zijn.
  • Automatisering
    De systemen in het gebouw verzamelen en analyseren voortdurend informatie. Deze continue monitoring maakt geautomatiseerde aanpassingen mogelijk die de omstandigheden in een heel gebouw kunnen regelen.

Wat zijn daar de voordelen van?

Doordat de luchtkwaliteit, veiligheid, verlichting en zelfs de beschikbaarheid van ruimten allemaal automatisch geoptimaliseerd kunnen worden, kunnen smart buildings bijdragen aan het comfort en de productiviteit van gebruikers.

Daarnaast maken verbonden apparaten, zoals camera’s en toegangscontrolesystemen, het voor beheerders gemakkelijker om hun gebouw veilig te houden. Deze systemen maken het mogelijk om ongewenste bezoekers te spotten of om snel te achterhalen of het alarm onbedoeld is afgegaan.

Dankzij het gebruik van sensoren hoeft er ook niet meer gegokt te worden hoe en hoeveel het gebouw wordt gebruikt, er zijn immers precieze data over. Zo kunnen kosten worden bespaard op onderhoud. Stel bijvoorbeeld dat de lift gegevens verzendt over hoe goed een deur sluit. Als voorspellende algoritmen merken dat er meer kracht nodig is om de deur te sluiten (bijvoorbeeld vanwege stof), wordt een reparatieverzoek geactiveerd nog voordat de deur écht kapot is.

En, niet onbelangrijk, een slim gebouw is meestal een duurzaam gebouw. Door slimme technologieën in te zetten kan het energieverbruik namelijk geminimaliseerd worden. Verlichting is bijvoorbeeld traditioneel een grote energieverbruiker. In Rijswijk test het Rijksvastgoedbedrijf verlichting die persoonlijk in te stellen is, en stelt tegelijkertijd de algehele verlichting af op de activiteit op de werkvloer. Op dit moment lopen deze en andere tests met duurzame innovaties nog. Als ze slagen, zullen de resultaten ook uitgerold worden binnen andere gebouwen van de Rijksoverheid. Zo kunnen slimme gebouwen bijdragen aan een energieneutraal Europa in 2050.