Waterstof in Nederland: weinig geld, maar grote ambities

Komend jaar stelt het kabinet 60 miljoen euro beschikbaar voor duurzame innovaties, werd op Prinsjesdag bekendgemaakt. Dit geld is onder andere bedoeld om de opschaling van duurzame waterstof te stimuleren. Het is een stap in de goede richting, maar wat betreft waterstofinvesteringen loopt Nederland nog ver achter op andere Europese landen. Toch staan we niet stil: er steken steeds meer veelbelovende plannen de kop op.

Waterstof

Naast de investeringsplannen die op Prinsjesdag bekendgemaakt werden, kondigde het kabinet in maart in de Kabinetsvisie Waterstof al een steunregeling aan voor groene waterstof van €35 miljoen per jaar. En deze maand werd ook het Nationaal Groeifonds gelanceerd, waarmee het kabinet de komende 5 jaar €20 miljard zal investeren in projecten die bijdragen aan economische groei. Dit geld gaat naar kennisontwikkeling, innovatie, infrastructuur en onderzoek. Zo wil de rijksoverheid zorgen voor de volgende generaties in Nederland. Naar welke projecten dit geld precies zal gaan, moet nog bepaald worden door een selectiecommissie. Veel voorvechters van waterstof kijken reikhalzend uit naar de investeringen.

Inzetten op waterstof

In juli maakte de Europese Commissie bekend volop in te zetten op waterstof. Waterstof moet één van de pijlers van de Europese energievoorziening worden. In 2024 moet er in Europa zes gigawatt aan elektrolysers (waarmee met behulp van elektriciteit uit wind en zon water in zuurstof en waterstof wordt gesplitst) zijn. Dat is genoeg om een miljoen ton duurzame waterstof te produceren. En in 2030 moet er zelfs capaciteit zijn om 10 miljoen ton waterstof te produceren.

Ondanks de nieuwe investeringsplannen blijft Nederland vergeleken met andere Europese landenachterlopen op het gebied van waterstof. Onze oosterbuur, bijvoorbeeld, kondigde dit jaar aan €7 miljard te investeren in waterstof, schrijft NRC. Ook Frankrijk wil niet achterblijven en presenteerde begin deze maand een herstelplan voor de economie, waar €2 miljard gereserveerd is voor waterstof.

Veelbelovende projecten

In het Klimaatakkoord is afgesproken dat er in Nederland in 2030 4 gigawatt aan elektrolysers moet staan. Tot dusver wil dat nog niet zo vlotten, stelt Duurzaam Bedrijfsleven: er staat pas één waterstoffabriek in Nederland, met een capaciteit van 1 megawatt (één duizendste gigawatt): de HyStock-installatie van Gasunie bij Veendam die vorig jaar is geopend.

Begin dit jaar bleek zelfs nog dat Nederland het minst duurzaam was van heel Europa. Toch is er ook positief nieuws. Het PBL verwacht namelijk dat Nederland de komende jaren zal inlopen op andere landen. Dat komt doordat er veel duurzame projecten zijn goedgekeurd de afgelopen jaren. Een belangrijk deel van die inhaalslag wordt gemaakt op het gebied van waterstof, waarvoor dit jaar een aantal veelbelovende initiatieven op poten zijn gezet. We zetten er drie op een rij:

DJEWELS

Chemiebedrijf Nouryon en Gasunie ontvingen begin dit jaar €11 miljoen Europese subsidie voor hun voorgenomen groene waterstofproject DJEWELS, in Delfzijl. Met dit geld gaan Nouryon en Gasunie aan de slag om een 20-30 megawatt elektrolyser te bouwen. Als deze in 2022 klaar is, zou het een van de grootste ter wereld zijn. 

H-Vision

Met H-Vision werkt een groep van rond de vijftien partijen samen met TNO aan de productie van 750 MW blauwe (CO2-neutrale) waterstof, dat wordt gemaakt op basis van aardgas en restgassen uit raffinage. Bij de productie hiervan wordt CO2 afgevangen, die veilig wordt opgeslagen in lege gasvelden onder de Noordzee. Naar verwachting kan met H-Vision 2,2 miljoen ton CO2 bespaard worden in 2026 tot wel 4,3 miljoen ton in 2031. In 2021 wordt de uiteindelijke investeringsbeslissing verwacht, waarna de eerste installatie begin 2026 de industrie in Rotterdam van koolstofarme waterstof kan voorzien.

NortH2

Misschien wel het meest ambitieuze Nederlandse waterstofproject, is te vinden in Groningen. Daar werken Groningen Seaports, Shell en Gasunie aan NortH2, het grootste groene waterstofproject ter wereld. Het doel is om in één keer een hele groene waterstofketen op te zetten, van productie via opslag tot industriële eindgebruiker. De stroom voor het megaproject moet geleverd worden uit een windpark, waarvan de capaciteit in 2030 op 3 tot 4 gigawatt moet liggen. Tegen 2040 moet dit uitgebreid zijn naar 10 gigawatt. Elektrolysers met een capaciteit van 1 gigawatt zetten die stroom om in groene waterstof, zowel op het land als op de Noordzee.

Update na publicatie

Na publicatie van dit artikel werd bekend dat de Europese Commissie een streep zet door de plannen van ons kabinet om waterstofproductie te ondersteunen met subsidie. In Nederland wordt nog zeker 80 procent van de stroom opgewekt uit aardgas en steenkool. De Europese Commissie redeneert dat dit zou betekenen dat bij de productie van waterstof het gebruik van deze fossiele bronnen stijgt, waardoor de CO2-uitstoot in Nederland juist toeneemt. Experts vinden dat het Nederlandse waterstofbeleid zelf te wensen overlaat, schrijft Duurzaam Bedrijfsleven.