In de stad van de toekomst eet iedereen duurzaam en gezond

Gezonde en duurzame voedselkeuzes maken, dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Zeker in steden is ongezond voedsel steeds meer en makkelijker verkrijgbaar. Het gevolg? Toenemende gezondheidsproblemen, zoals overgewicht en diabetes, en een onhoudbare uitstoot van broeikasgassen, ontbossing, en biodiversiteitsverlies. Hoog tijd dus dat overheden hun verantwoordelijkheid nemen voor onze voedselomgeving, vinden de deelnemers van de City Deal Gezonde en duurzame voedselomgeving. 

Burger met friet op bord
Beeld: ©City Deal

Een goed voedselaanbod is essentieel voor een gezonde en duurzame toekomst. Maar het beschikbare en betaalbare voedselaanbod in steden is de afgelopen jaren steeds ongezonder geworden. ‘Uit onderzoek blijkt dat de voedselomgeving vooral in minder welvarende wijken hard achteruit is gegaan. In Rotterdam is het fastfoodaanbod daar bijvoorbeeld met 67 procent gegroeid. In welvarende wijken is dat 4 procent’, vertelt Karin de Jager, senior beleidsadviseur van het team Gezondheid, Welzijn en Participatie van de gemeente Rotterdam. Ellen van Herk, teamleider bij de GGD Amsterdam, vult aan: ‘Jongeren die te zwaar zijn blijven daar hun leven lang last van houden. Niet alleen fysiek, maar ook mentaal. Dat is voor ons allemaal een enorme drijfveer om hier verandering in te brengen.’

City Deal Gezonde en Duurzame Voedselomgeving

In de City Deal Gezonde en Duurzame voedselomgeving werken acht gemeenten, drie ministeries en verschillende andere partijen samen om de voedselomgeving in 2030 zo gezond en duurzaam mogelijk te maken. Daarbij is er vooral aandacht voor kwetsbare wijken, gebieden rond scholen, openbare gebouwen en supermarkten, catering en horeca. Froukje Idema, programmamanager bij de Gemeente Ede: ‘Als iemand zicht heeft op wat inwoners beweegt, dan zijn het steden. Wij weten wat er speelt en wat nodig is om tot oplossingen te komen. Het is dan ook onze verantwoordelijkheid om eraan bij te dragen dat onze inwoners toegang kunnen hebben tot een gezond en prettig leven.’ 

Individuele keuzes

Officieel ging de City Deal van start op 16 oktober 2021 - Wereldvoedseldag. Maar de partners onderzoeken samen al langer wat steden kunnen doen om gezonde keuzes te bevorderen. Dat steden en overheden zich op die manier bezighouden met het eetgedrag van inwoners is nieuw, legt Karen Hitters uit. Zij is adviseur gezonde voedselomgeving bij de gemeente Utrecht. ‘Overheden erkennen steeds meer dat dit hun verantwoordelijkheid is. Het bewijs stapelt zich op dat veel van onze individuele keuzes minder individueel zijn dan we denken. De omgeving beïnvloedt sterk welke beslissingen we maken.’ 

Niet alleen het aanbod van gezonde voeding, maar ook de prijs beïnvloedt onze keuzes. Groenten en fruit worden steeds duurder. Terwijl bewerkt voedsel, zoals chips, koekjes en fastfood, in prijs daalt. En juist voor die ongezonde producten wordt veel reclame gemaakt. Van Herk: ‘Veel mensen hebben goede voornemens en willen graag gezonde en duurzame keuzes maken. Wij constateren dat het huidige aanbod daar niet meer zo goed op aansluit. Dat betekent dat we op een nieuwe manier moeten kijken naar hoe we de stedelijke voedselomgeving kunnen inrichten.’ 

Iedere stad is anders

Hoe kan zo’n gezonde, duurzame voedselomgeving eruitzien? En is die in elke wijk hetzelfde? Of geldt er voor een woonwijk iets anders dan in een stadscentrum? De komende jaren gaan de deelnemende gemeenten in proeftuinen op zoek naar antwoorden op deze vragen, door te experimenteren met bestaande en nieuwe instrumenten om de voedselomgeving te beïnvloeden. Bijvoorbeeld door afspraken te maken met vastgoedeigenaren, begeleiding te bieden aan voedselverkopers en door innovatieve concepten te faciliteren. De Jager: ‘Iedere stad is anders. Door te experimenteren leren we meer over wat een gezonde voedselomgeving is.’

Gezonde balans

Utrecht focust daarbij op het bewaren van een gezonde balans in de stad. ‘We willen zeker niet met een rode pen door een gebied gaan en alle fastfood gaan verbieden. Maar hoe bewaken we de balans in het aanbod? Dat zoeken we uit in deze proeftuin’, legt Hitters uit. De gemeente Amsterdam gaat onder andere in gesprek met een vastgoedeigenaar in een gebied waar veel fastfoodaanbod is. Hoe zou die eigenaar meer diverse huurders kunnen selecteren zodat er weer balans in het gebied komt? In Ede is gekozen om in samenwerking met de NS en Voedingscentrum te verkennen welke stappen te zetten zijn op weg naar een gezond station. En in Rotterdam is de Korte Lijnbaan een van de proeftuinlocaties. De Jager: ‘Dat is nu een aaneenschakeling van fastfoodaanbieders die vooral jongeren trekt. Hoe maak je van die plek een aantrekkelijke straat voor een breder publiek, met een gezond en duurzaam karakter? En welke innovatieve concepten zouden daar werken?’ 

Fruit en groenten in schap
Beeld: ©City Deal

Het gaat niet alleen om voedsel

Om erachter te komen wat wel en niet werkt, werken de steden samen met lokale universiteiten. ‘Maar er is geen studie “gezonde voedselomgeving”, legt Van Herk uit. ‘Daarom brengen we onder andere gezondheidswetenschap, ruimtelijke inrichting, gedragswetenschappen en de juridische kant bij elkaar. Dat is ook spannend aan deze opdracht: we gaan allerlei nieuwe samenwerkingen aan.’

Om steden om te toveren tot duurzame en gezonde voedselomgevingen is die samenwerking tussen verschillende domeinen en vakgebieden essentieel. Idema: ‘Onze focus is voedsel in de leefomgeving. Maar het gaat niet alleen om voedsel. Het gaat bijvoorbeeld ook om duurzaamheid, ondernemerschap, biodiversiteit en klimaatadaptatie. Daarom is het belangrijk dat we met veel verschillende partijen om tafel zitten - dat is een nieuwe aanpak.’

De grootste vernieuwing komt hierna

De City Deal loopt vier jaar lang en zal in 2025 worden afgerond. ‘Het doel is om dan duidelijk te hebben hoe we de stedelijke voedselomgeving gezonder en duurzamer kunnen inrichten’, legt De Jager uit. ‘Maar de grootste vernieuwing komt eigenlijk daarna pas. We willen echt verandering aanjagen, daarvoor doen we in deze City Deal de voorzet. Uiteindelijk hopen we hiermee belangrijke stappen te zetten in de transitie naar niet alleen een gezonde stad, maar een heel andere samenstelling van het voedsel op ons bord én de keten daarachter.’