De Nationale Wetenschapsagenda: positief bijdragen aan de maatschappij van morgen

Bij de Nationale Wetenschapsagenda (NWA) zit de samenwerking tussen wetenschap en maatschappij in het DNA. Deze coalitie van burgers en wetenschappers – ook wel de nationale kennisgemeenschap – is verenigd in de Kenniscoalitie. Zij hebben bijna 12.000 vragen van burgers gebundeld in clusters: stuk voor stuk vraagstukken voor onderzoek en innovatie.

Vragen en zorgen van burgers

De NWA faciliteert en ondersteunt bij de verschillende vormen van samenwerking; deze bestaat onder andere uit theoretische en praktijkgericht onderzoek, en zowel nationaal als internationaal onderzoek. Het is hun doel om een positieve bijdrage te leveren aan onze maatschappij, gericht op de toekomst en altijd gekoppeld aan de vragen en zorgen van burgers zoals jij en ik.

De Kenniscoalitie

De Kenniscoalitie bestaat uit Nederlandse universiteiten en hogescholen, universitaire ziekenhuizen, KNAW, VNO-NCW, MKB-Nederland en instituten voor toegepast onderzoek. Samen stelden zij de Nationale Wetenschapsagenda op. Ook vormen zij samen met de Rijkskennisinstellingen de adviescommissie van de NWA.

NWA-onderzoek vindt plaats binnen Consortia. Daarin werken de verschillende organisaties in wisselende samenstellingen met elkaar, en met andere kennisorganisaties en maatschappelijke organisaties, aan de vele projecten die de NWA uitvoert.

Achtergrond

De uitvoering van de NWA is in handen van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (de NWO). Zij doen dit in opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW), die dit programma in 2018 startte.

Inmiddels werkt de NWA aan honderden projecten verdeeld over 140 clustervragen en 25 routes. Deze routes – ook wel netwerken – zijn er om wetenschappelijke en maatschappelijke vraagstukken te agenderen en te onderzoeken. Als netwerken spelen zij een belangrijke rol in het verbinden van de verschillende partijen in het kennislandschap. De clustervragen komen uit de samenleving en de routes zorgen voor een verbinding tussen deze vragen in de vorm van thema’s.

Vier programmalijnen

De NWA heeft vier programmalijnen. Voor een periode van drie jaar is ruim 200 miljoen euro aan financiering toegewezen aan de NWA. Dit geld gaat naar bijna 190 onderzoeksprojecten. De vier programmalijnen zijn:

  • 1: Langjarig, inter- en transdisciplinair onderzoek, op basis van de eerder genoemde routes, uitgevoerd door Consortia.
  • 2: Thematische calls op initiatief van vakdepartementen.
  • 3: Netwerken en vernieuwing binnen de routes.
  • 4: Wetenschapscommunicatie en outreach.

Samenwerking centraal

Bij programmalijn 1 staat samenwerking centraal. Het onderzoek vindt plaats op basis van de verschillende routes; soms ook over meerdere routes heen, en wordt uitgevoerd door de Consortia. Zo valt onder programmalijn 1 het project Pressing Matter. De naam van het project verwijst tegelijk naar ‘dringende kwesties’ en naar ‘lastige voorwerpen’. Het project gaat over de rol die koloniale collecties kunnen spelen in het oplossen van spanningen rondom onze omgang met het koloniale verleden. Onderzocht wordt welke nieuwe vormen van eigenaarschap wenselijk en mogelijk zijn.

Themagericht te werk

Bij programmalijn 2 gaat de NWA juist themagericht te werk. De NWA biedt overheden hierbij de mogelijkheid om onderzoek te stimuleren naar thema’s die voor hen relevant zijn. Het programma Schulden en armoede is een van de programma’s die onder deze programmalijn valt. Dit programma doet onderzoek naar bestaande interventies als het gaat om de investeringen van gemeentes in het bereiken van burgers met schulden. Zo komen we meer te weten over wat werkt en wat niet werkt.

Nieuwsgierigheid en stimulans

Programmalijn 3 is er ter ondersteuning van de bestaande routes, zodat zij in staat blijven om nieuwe netwerken aan te gaan en om nieuwe vraagstukken te agenderen. De NWA geldt hierbij als stimulans voor nieuwsgierigheid en inspiratie. Een van de routes die financiering via de NWA hebben aangevraagd, houdt zich bezig met spraaktechnologie voor ouderen. Om ouderen meer vertrouwd te maken met technologie ontwikkelden ze aan de Rijksuniversiteit Groningen twee synthetische stemmen die hierbij moeten helpen, een in de lokale taal ‘Grunnegs’ en een in het Nederlands.

Outreach

Programmalijn 4 draait om communicatie en outreach. De NWA heeft tenslotte als doel om wetenschap voor een breed publiek toegankelijk te maken. Niet alleen om mensen te enthousiasmeren voor onderzoek, maar ook om het vertrouwen van burgers in de wetenschap te vergroten. Om dit doel te bereiken voert de NWA verschillende publiekscampagnes uit. Maar de NWA gaat verder dan dat. Ze betrekken burgers ook actief bij hun onderzoeken en delen hun onderzoeksresultaten altijd, op een begrijpelijke manier, met de samenleving. Citizen science, noemen ze dat.

Een van de highlights in deze programmalijn is de interactieve animatie Robin, een co-creatie van drie wetenschappers. De kijker bepaalt hierbij de levensloop van Robin aan de hand van dilemma’s. Zo worden kijkers uitgedaagd om actief na te denken over de keuzes en dilemma’s in de wetenschap. Tijdens de Nacht van de Wetenschap ging de animatie in vier steden in première en ontstond er een levendig maatschappelijk debat.

Meer weten over de Nationale Wetenschapsagenda? Kijk dan op de website van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek.